Werkgroep Nestkasten

Doel

Het doel van de werkgroep nestkasten is zowel het verschaffen van broedgelegenheid aan holenbroeders door het aanbieden van “kunstmatige holtes”, als het bestuderen van het broedsels van vogels in de omgeving van Uden.

In principe zijn de bossen in en om Uden oud genoeg om voldoende natuurlijke broedgelegenheid bieden maar nestkasten bieden de uitgelezen mogelijkheid om broedgedrag van wilde vogels van dichtbij te bestuderen Dit heeft geen invloed op de vogels die in natuurlijke holtes broeden. Zouden de broed- of voedsel omstandigheden slecht zijn dan zouden er minder vogels broeden. Bovendien is de bijdrage van een klein aantal nestkasten klein op populatieniveau; de natuur gaat gewoon zijn eigen gang…

Toch heeft de werkgroep al vanaf 1976, nu bijna 1.000nestkasten hangen in de Maashorst en andere bossen in de regio Uden; waarom?

De werkgroepleden vinden het leuk om gedurende het voorjaar in de natuur bezig te zijn: elke twee weken, enkele uren het bos in om te kijken wat er allemaal gebeurd is en zo “en passant” de lente beleven.

Het zorgt voor een zekere spanning en men ziet gedurende het seizoen de resultaten van eerder handelen:

Komt er in die nieuwe nestkasten nu wel of niet wat?
Moet ik er meer nestkasten bij hangen of juist verplaatsen?
Zou ik, net als andere gebieden, ook meer van die ene bijzondere soort krijgen?
Moeten de invlieggaten groter of kleiner?
Zouden alle eieren, die ik vorige keer telde, uitkomen?
Beginnen ze dit jaar vroeg of laat te leggen?

Door elkaar, via whatsapp , op de hoogte te houden van de resultaten per gebied en door verslaglegging aan het eind van het seizoen, is de werkgroep in staat trends en bijzonderheden te onderscheiden en komt men meer te weten over het broedgedrag van de vogels in eigen omgeving.

Koolmees ©Vogelwacht Uden
Koolmees ©Vogelwacht Uden
Pimpelmees ©Vogelwacht Uden
Pimpelmees ©Vogelwacht Uden
Bonte Vliegenvanger ©Vogelwacht Uden
Bonte Vliegenvanger ©Vogelwacht Uden

De broedgegevens worden doorgestuurd naar de Sovon Vogelonderzoek Nederland( Sovon). Mensen uit heel Nederland sturen hun gegevens in naar het SOVON en daarmee wordt wetenschappelijk onderzoek gedaan.

De methode die de werkgroepleden hanteren is de volgende:

Voor het broedseizoen (februari, maart) wordt er een keer een controlerondje gelopen om kapotte kasten te vervangen of te repareren. Tijdens het broedseizoen (maart tot en met juli) worden elke week, maar in ieder geval eens in de twee weken, alle nestkasten langsgelopen en wordt er genoteerd wat er in de kast wordt aangetroffen (soort broedvogel, aanwezigheid van een nest, aantal eieren of jongen). Nadat de jongen het nest hebben verlaten en er geen vervolglegsel geproduceerd wordt, wordt het nestmateriaal verwijderd zodat eventueel aanwezige parasieten tijdens de winter doodvriezen. De nestkasten blijven in het bos want ze worden na het broedseizoen intensief gebruikt als slaapplaats voor vogels (winter) en vleermuizen (herfst en lente). De gegevens worden verzameld met de coderingen die het Sovon ontwikkeld heeft, zodat de gegevens in de professioneel beheerde nationale database van Sovon worden opgeslagen voor verder onderzoek.

Wij hebben nog nooit aanwijzingen gehad dat het controleren, mits goed uitgevoerd, leidt tot verstoring van de broedsels. Tijdens de volgende controleronde is het broedproces gewoon een stap verder. Natuurlijk zijn er nesten die verstoord worden maar dan is meestal de oorzaak te achterhalen: de deksel is van de kast gewaaid of de hele kast is gestolen, spechten hebben het invlieggat groter gemaakt en de hele inhoud eruit gehaald.

Afhankelijk van de plaats van de nestkast, grootte van de nestkast en de grootte van de invliegopening kunnen er verschillende soorten vogels in de nestkasten verwacht worden. Echter de natuur, en met name de spechten, hebben hier nogal eens een eigen mening over en vergroten de invlieggaten.

De soorten die het meest in onze nestkasten broeden zijn Koolmees, Pimpelmees, Bonte Vliegenvanger, Gekraagde Roodstaart, Spreeuw en Boomklever.

Maar wij krijgen onze gegevens niet alleen uit de bossen. Aangezien er ook Vogelwachtleden in hun tuin nestkasten hebben hangen wordt hen ook elk jaar gevraagd om hun nestkasten te controleren.

Heb je zelf ook nestkasten hangen en wil je deze controleren maar weet je niet hoe, neem dan contact op met de coördinator van de nestkasten werkgroep.

Bescherming

Ook bij u thuis kunt u de holenbroeders een onderdak bieden. Van de meeste kasten hebben we een beschrijving, zodat u ze ook zelf kan maken. Enkele kasten worden door ons ook verkocht.

Rond de Groenhoeve zijn ook allerlei nestkasten opgehangen. Dit heeft een meer educatieve functie. Het “Groenhoeve natuurpad” daar spelen ook nestkasten met uitleg een belangrijke rol.

Resultaten

In 2021 zijn er in het totaal, over 13 deelgebieden, wekelijks 950 nestkasten gecontroleerd door de dertig leden van de Nestkasten werkgroep. In totaal zijn er 789 legsels gevonden en gecontroleerd van dertien soorten. Er werden in totaal 5.996 eieren aangetroffen, daaruit kwamen 4.271 jongen waarvan er uiteindelijk 3.876 uitvlogen. De Koolmees is traditioneel de meest getelde soort, goed voor 50% van de legsels, gevolgd door de Pimpelmees met ongeveer 20%. De Bonte vliegenvanger neemt de laatste jaren sterk toe en er zijn al controlegebieden waar deze soort het merendeel van de nestkasten bezet, nog meer dan de Koolmees!