De Maashorst
Maashorst Beekdal - Karlingerweg
Oppervlakte: 80 Ha
Ligging: op de Maashorst
Toegankelijkheid: vrij toegankelijk
Kenmerkende soorten: Goudvink, Dodaars, Sijs, Bosuil
Ten oosten van het buurtschap Slabroek ligt een opvallend deel van de Maashorst; het Beekdal. Uit een aantal vennen ontspringt uiteindelijk de Kraaijenloop, een klein stroompje. Langs deze beek liggen mooie graslanden, terwijl vlakbij de stuifzandwal de grens met de hei markeert. Er ligt een vrij groot ven langs de Karlingerweg waar geregeld een Dodaars gezien wordt. ten westen hiervan langs de Karlingerweg liggen een aantal weilanden met mooie heggen erlangs. In de winter zitten er vaak Koperwieken en Kramsvogels op de grond en Goudvinken in de heggen. In de bossen worden Kruisbekken en Appelvinken, veel mezensoorten en de meeste spechtensoorten aangetroffen. Dit gebied ligt grotendeels binnen de begrazing. Het is in alle inventarisaties tot en met 2010 geteld en in 2017 is het voor de laatste keer geïnventariseerd. Toen zijn er ruim 45 soorten met een broedterritorium vastgesteld.
De Roodmus werd in 2007 in dit deel van de Maashorst ontdekt en later in de buurt teruggevonden. Veel watervogels zijn overvliegend waargenomen, maar bijvoorbeeld het Witgatje is wel ter plaatse gezien. Een aantal jaar geleden heeft er in dit deel van de Maashorst een Grauwe Klauwier gebroed. Het jaar er na is er waarschijnlijk voor een andere locatie gekozen. De Fluiter is in recente jaren ook in dit gebied baltsend waargenomen. In 2020 is er een Orpheusspotvogel gefotografeerd, mogelijk de vogel die net buiten dit gebied vaker in die periode is waargenomen.
Impressie Maashorst Beekdal - Karlingerweg
Maashorst Begrazingsgebied
Oppervlakte: 175 Ha
Ligging: op de Maashorst
Toegankelijkheid: grotendeels vrij toegankelijk, Wisentengebied alleen onder begeleiding
Kenmerkende soorten: Geelgors, Grasmus, Klapekster
Centraal op de Maashorst ligt het Begrazingsgebied, in de wandelgang de naam voor het gebied dat als eerste met (natuur-)begrazing beheerd werd. Het gebied heeft wel overlap met enkele andere gebieden (bijvoorbeeld het Wisentengebied). In het gebied ligt de telpost Brobbelbies Zuid, waar al heel lang aan trektellen wordt gedaan, in voor- en najaar. Dat gebeurt trouwens niet op precies dezelfde plek maar op een paar honderd meter uit elkaar. Het gebied is afwisselend open en bebost. De bossen zijn merendeel naaldhout, maar er liggen enkele lanen met loofbomen doorheen. Het zogenaamde vierlandenpunt ligt in dit deelgebied, daar is een picknickplaats speciaal uit gerasterd, want begrazing met Taurossen en Exmoorponies vindt hier bijna overal plaats en een deel dus ook met Wisenten. In alle grote inventarisaties is dit gebied geteld en in 2017 is de zuidelijke helft geïnventariseerd. De noordelijke helft is in 2020 voor het laatst gedaan. Ongeveer 50 soorten hadden een broedterritorium.
Mede dankzij de telpost is een lange lijst van waargenomen soorten, met een aantal bijzondere soorten erbij: de Geoorde Fuut in 2011, de Griel in 2015, de Reuzenstern in 2004, de Grijze Wouw in 2015 en 2021, Slangenarend en Keizerarend zijn ook hier overgevlogen, verschillende Hoppen en Bijeneters, twee keer een Roodkopklauwier, Pestvogel, de eerste Bladkoning van de regio in 2014, de Orpheusspotvogel in 2020. Daarnaast is er een lange lijst van overvliegende soorten, bijvoorbeeld veel steltloper soorten. Vooral in het voorjaar kunnen er veel Beflijster ter plaatse zijn (tot wel 40). In de winter is de Klapekster vaak te zien in dit gebied en de Grauwe Klauwier op voorjaarstrek.
Impressie Maashorst Begrazingsgebied
Maashorst - Herperduin
Oppervlakte: 700 Ha
Ligging: ten noorden van de A50
Eigendom: Gemeente Oss
Toegankelijkheid: vrij wandelen op wegen en paden
Kenmerkende soorten: Boompieper, Grote Bonte Specht
Het Herperduin is een naaldbosgebied met daarin enkele vennen; Ganzenven en Klompven. In het gebied liggen ook de Rijsvennen, een open en vochtig stuk op arme grond. Het gebied ligt tegen het dorp Berghem aan en wordt veel door bewoners van Berghem en Oss als recreatiegebied gebruikt. In het zuidwesten is een motorcrossterrein en in het oosten ligt een vakantiepark. Het gebied wordt al vrij lang begraast (1996) en vorm sinds enkele jaren een begrazingsgebied met de rest van de Maashorst. dat kan door de ecoducten die over de A50 en de provinciale weg zijn aangelegd. In het gebied is er een stuk dat jarenlang elk jaar op broedvogels is geïnventariseerd en in 2009/2010 is het hele gebied geteld.
De vennen trekken soms watervogels aan, zoals de Bergeend en Krakeend en steltlopers als Watersnip, Bokje, Witgat en Kleine Plevier. In 2015 zat er een Kleine Zilverreiger. Maar het is vooral een gebied voor bosvogels en alle 5 de soorten spechten zijn er gezien, ook de Middelste Bonte Specht en de Zwarte Specht. Na een aantal jaren van afwezigheid is de Nachtzwaluw weer terug in het gebied. Veel bossoorten als Vink, Koolmees, Gekraagde Roodstaart, Zwartkop en Roodborst komen ook hier volop voor. Op de open stukken zit de Boomleeuwerik en Roodborsttapuit. In 2021 zong er een Orpheusspotvogel in het open gedeelte dat de Rijsvennen wordt genoemd (maar ook wel de Snippenjacht).
Impressie Maashorst - Herperduin
Hofmans plassen
Oppervlakte: 80 Ha
Ligging: ten zuiden van Schaijk
Eigendom: Gemeente Maashorst, vroeger Hofman
Toegankelijkheid: vrij wandelen op wegen en paden, maar niet waar de zandwagens rijden
Kenmerkende soorten: Oeverzwaluw, IJsvogel, Fuut
Een waterplas ontstaan uit zandwinning, welke nu in de laatste fase is beland. In 2021 is begonnen de zuidoever geleidelijk af te laten lopen. Hiervoor is er wel nog een stuk bos gekapt. Aan de noordkant van de plassen ligt een recreatiepark dat de noordoever van de aanliggende plas als zandstrand gebruikt. Dwars over de plassen loopt de Nistelrooijse baan, een zandweg met een doorlopend fietspad. Gedurende de zandwinning was er een grote kolonie van Oeverzwaluwen met in goede jaren meer dan 100 bewoonde nesten. In de inventarisaties van de Maashorst is dit deel in 2009-2010 en in 2020 geteld.
Een watergebied midden in het bos trekt natuurlijk veel opvallende soorten vogels aan, watervogels die normaal niet hier zouden komen. Het gebied is ook groot genoeg en heeft in de loop van de jaren al mooie vogelsoorten opgeleverd. De Middelste Zaagbek in 2009 is met de Zomertaling, ook in 2009, waarschijnlijk de opvallendste soort. Maar er zijn ook Brilduikers, Krooneenden, Bergeenden, Casarca’s en Grote Zaagbekken gezien. Dodaarsjes zijn er elke winter te zien en Futen broeden er zelfs. Steltlopers zijn er ook regelmatig te zien, meestal Oeverlopers of Witgatjes, maar ook Tureluur en Groenpootruiter. Kleine Plevieren weten er voldoende rust te vinden voor een broedpoging. Meeuwen zijn ook geregeld te zien en zelfs meerdere keren Visdieven en één keer een Zwarte Stern. De IJsvogel heeft er minstens één keer gebroed, maar wordt er het hele jaar door geregeld gezien. Al vele jaren broeden er dus Oeverzwaluwen, meestal in het deel van de plassen waar de zandwinning nog plaats vond. In de rietkragen kunnen Kleine Karekieten gehoord worden, de Grote Karekiet was eenmalig in 2007. Bosrietzangers zijn er ook waargenomen. Andere zangvogels zijn meer bosvogels, zoals de Bonte Vliegenvangers, die ook veel in de nestkasten op het recreatiepark broeden. In de winter worden er geregeld Appelvinken waargenomen en is de Klapekster ook meermaals gezien.
Impressie Hofmans plassen
Maashorst Kanonsberg en Munse Heide
Oppervlakte: 260 Ha
Ligging: op de Maashorst
Toegankelijkheid: vrij toegankelijk
Kenmerkende soorten: Nachtzwaluw, Boomleeuwerik, Houtsnip, Vuurgoudhaan, Grote Lijster
Bos en heidegebied aan de Nistelrooijse kant van de Maashorst. Dit gebied valt grotendeels binnen de begrazing, hier lopen Taurossen en Exmoorponies. Er zijn geen vennen, wel zijn er enkele drinkpoelen. De naam Kanonsberg is apart, er is geen sprake van een berg en of er ook kanonnen zijn afgeschoten is ook niet bekend. Het is in elk geval niet als militair oefenterrein gebruikt. Een flink deel is heidegebied, de bossen zijn grotendeels naaldbos met stukken met meer loofhout. Het zuidelijke deel van het Palmven valt binnen dit gebied en binnen het zicht van Telpost noord. Dit levert veel mooie waarnemingen op, zoals een Sprinkhaanzanger. In deze hoek zijn Grote Lijsters vaak te zien en ook Beflijsters op trek. In het winterhalfjaar zijn er geregeld Vuurgoudhanen in het bos. Op de rest van de heide zingen in t voorjaar veel Boomleeuweriken en Boompiepers en dit is ook voor Nachtzwaluwen een goed gebied. Het gebied is vaak geïnventariseerd; 1990, 1996, 2002, 2009-10 en 2021. In de laatste inventarisatie werden er 56 broedvogelsoorten vastgesteld.
Opvallende soorten die hier in de loop van de jaren gezien zijn: In 1997 is er een waarneming van de Grote Kruisbek gedaan. Opvallend is ook de Patrijs op de Kanonsberg, niet echt een logische plek . Het stuk Munse Hei bij het Palmven is dat wel en daar zijn ook meerdere waarnemingen van Patrijzen. De Morinelplevier betreft een vogel die op het Palmven zat en eigenlijk buiten dit gebied. Wel echt in dit gebied is een waarneming van een Visarend uitrustend in boom, dit is zelfs meerdere keren gebeurt. De Draaihals is ook wel vaker gezien in dit gebied, in het najaar in de buurt van het Palmven. De Fluiter is zelfs een onregelmatige broedvogel die geschikte bossen vindt in dit gebied.
Impressie Maashorst Kanonsberg en Munse Heide
Maashorst Nabbegat eo.
Oppervlakte: 425 Ha
Ligging: op de Maashorst in het oosten
Toegankelijkheid: deels vrij toegankelijk
Kenmerkende soorten: Kievit, Grote Bonte Specht, Vink, Geelgors
Dit deel van de Maashorst ligt aan de oostrand van het gebied, ter hoogte van het dorp Zeeland. Er liggen enkele campings in of tegenaan en de nederzettingen Nabbegat, Voederheil en Zevenhuis liggen er net buiten. Een deel is bos, vooral bos van arme gronden met veel naaldhout, en een deel is open gebied, grotendeels agrarisch maar ook een natuur en recreatie. In 2009-2010 is ook dit deel geïnventariseerd en in 2022 wordt het grotendeels weer geteld. Een klein deel is in 2017 geteld.
Al weer lang geleden is er een Griel gezien in dit deel, dat was in 1993. Dat was nog voordat iedereen een mobiele telefoon had, maar toch is deze vogel door veel mensen gezien dankzij grote inspanningen van de ontdekker. De vogel heeft er zelfs overnacht. Andere bijzondere waarnemingen zijn de Sprinkhaanzanger in 2005 en 2006 en de Draaihals in 2006 en 2015.
Impressie Maashorst Nabbegat eo
Maashorst Palmven en telpost noord met omgeving
Oppervlakte: 160 Ha
Ligging: op de Maashorst, vrij centraal
Toegankelijkheid: deels vrij toegankelijk
Kenmerkende soorten: Geelgors, Grasmus, Veldleeuwerik, Kwartel
Dit deel van de Maashorst ligt in het centrale open gedeelte. Het Palmven is een oud van dat verdwenen was na de ruilverkaveling eind jaren 80, maar dat in 2013 weer gereconstrueerd is. Het Palmven is niet toegankelijk voor publiek. Helaas staat er niet altijd water in. Een deel van de rest van het gebied is (nog) in gebruik als agrarisch gebied, een deel is open begrazingsgebied. Telpost Brobbelbies Noord ligt in dit deel, de telpost van Vogelwacht Uden (zie ook elders op deze website), waar vanaf 2000 elk najaar de vogeltrek wordt geteld. Sinds 2008 staat er in het telseizoen een keet die voor enige luxe tijdens het tellen zorgt. Dit open gedeelte is voor Veldleeuweriken een heel goed gebied, het hele jaar door zijn ze er en er broeden er echt veel. Jaarlijks worden er ook Kwartels gehoord en Patrijzen zijn er ook. Torenvalken jagen regelmatig in dit gebied en in de winter ook Blauwe Kiekendieven. De eerste jaren nadat het Palmven hersteld was, werden er ook Kleine Plevieren gezien, ook met jongen. Steenuil en Ransuil jagen in dit gebied en Raven worden ook regelmatig hier gezien en gehoord. In de trektijd worden er nog veel meer soorten gezien, de telpost is vaak dagelijks bezet. De post staat bekend om de Duinpiepers die hier elk jaar gezien worden en ook Morinelplevier worden er jaarlijks waargenomen. Niet elk jaar, maar toch geregeld worden er Zeearenden gezien, ook buiten het trektelseizoen. De mooiste soorten op de telpost tijdens het trektellen zijn de Keizerarend, de Slangenarend, verschillende Grijze Wouwen en de Steppekiekendief. Buiten het telseizoen zijn er meer zeldzaamheden gezien, recent een Griel en een Roodkopklauwier, enige jaren geleden een Kleinste Jager (op het Palmven), Grauwe Gorzen en Ortolanen. Ook fraai waren de overnachtende Kraanvogels op het Palmven in 2014.
Impressie Maashorst Palmven en telpost noord met omgeving
Maashorst Schaijkse Heide – Drie Vennen
Oppervlakte: 315 Ha
Ligging: op de Maashorst
Toegankelijkheid: vrij toegankelijk
Kenmerkende soorten: Kruisbek, Nachtzwaluw
Bos en heidegebied in de kern van de Maashorst. Een deel van dit gebied valt binnen de begrazing. Op de open heidestukken zijn ook een paar vennen, dat waren er ooit maar drie, maar er zijn er enkele bijgekomen. Een deel van de heide is vergrast, maar er zijn ook delen waar heideplanten domineren. Het bos is grotendeels naaldhout met hier en daar wel loofhout. Daarnaast lopen er lanen doorheen met loofhoutlaanbomen. In 2009/10 en in 2020 is hier op vogels geïnventariseerd, met zo’n 54 broedvogelsoorten in de meest recente telling. In beide inventarisaties werd duidelijk dat er een goede populatie Nachtzwaluwen hier voorkomt. Daar voor worden er elk jaar ook speciale excursies georganiseerd. Kruisbekken broeden er niet elk jaar, maar dit deel van de Maashorst is wel favoriet. De heidegebieden zijn voor Boompieper en boomleeuwerik belangrijke broedgelegenheid. Daar waar er nestkasten hangen zitten ook veel Bonte Vliegenvangers. Voor mezen ook een belangrijk gebied, er zitten ook nog Matkoppen in dit gebied. De Vink is de talrijkste broedvogel.
In 2012 was er een juveniele Zwarte Ooievaar een korte tijd ter plaatse. In 2013 en 2014 zijn er enkele Grote Kruisbekken gefotografeerd. Houtsnippen en Velduilen worden hier buiten het broedseizoen wel vaker gezien. De Slangenarend van 2020 heeft in dit gedeelte van de Maashorst in een boom overnacht. Daarnaast zijn er vanaf telpost Brobbelbies Noord veel soorten boven dit bos waargenomen, die alleen maar overvlogen.
Impressie Maashorst Schaijkse Heide – Drie Vennen
Maashorst Slabroek, Menzel eo.
Oppervlakte: 270 Ha
Ligging: op de Maashorst in het westen
Toegankelijkheid: deels vrij toegankelijk
Kenmerkende soorten: Spreeuw, Huismus, Geelgors
De twee minst kleine nederzettingen (Slabroek en Menzel) van de Maashorst liggen in dit deel, dat een afwisseling van bosjes, akkers, weiden en bebouwing is. In het gebied ligt bij de Keltenweg een Grafheuvelveld. Het bezoekerscentrum van de Maashorst staat in Slabroek en bij de grote parkeerplaats is er voor kleine kinderen een Kabouterpad. Door de afwisseling in het landschap zijn er ook vrij veel verschillende vogelsoorten waargenomen. Bijvoorbeeld de Kwartel en de Patrijs, allebei boerenlandvogels. Er zijn ook vier verschillende uilensoorten vastgelegd; Kerkuil, Bosuil, Ransuil en Steenuil. In de poelen bij boerderijen zijn Dodaars en zelfs Grote Zaagbek waargenomen. In de broedvogelinventarisaties is vaak maar een deel van dit gebied meegenomen, alleen in 2009/2010 is hier overal geteld. Een klein deel is in 2017 geteld. Een exact aantal broedvogelsoorten is niet bekend, maar dat zal minstens 40 zijn.
Opvallende waarnemingen zijn de Visdief, die al drie keer in dit gebied gezien is, de Grijze Wouw van 2021 die ook in dit deel van de Maashorst gefotografeerd is, en een Nachtzwaluw die op de weg zat.
Impressie Maashorst Slabroek, Menzel eo.
Maashorst Slabroekse Hei en bossen
Oppervlakte: 125 Ha
Ligging: op de Maashorst
Toegankelijkheid: vrij toegankelijk
Kenmerkende soorten: Nachtzwaluw, Bonte Vliegenvanger, Klapekster
Ten zuiden van het buurtschap Slabroek ligt een heidegebied dat de Slabroekse Hei wordt genoemd. Het staat ook bekend als de Udense Hei en dat is eigenlijk de echte naam. De bossen eromheen zijn een mix van loofhout en naaldhout. Over de heide loopt een hoogspanningskabel. Het fietspad Slingerpad heeft hier zijn zuidwestelijke startpunt. Aan de noordrand loopt een hoge stuifzandwal, de Slabroekse Bergen. In alle grote inventarisaties tot en met 2010 is dit gebied ook geteld. De laatste inventarisatie vond plaats in 2017. Toen zijn er in dit gebied ongeveer 45 soorten als broedvogel vastgesteld, waaronder de Nachtzwaluw.
Vroeger hadden Ransuilen in de winter hier een gezamenlijke slaapplaats. Appelvink, Goudvink en Kruisbek kun je hier aantreffen. De Bosrietzanger heeft in een vochtig opschietend bosje een territorium gehad. De Wielewaal wordt wel eens gehoord en zal vroeger ook broedvogel zijn geweest. Alle spechtensoorten zitten in dit deel en de Middelste Bonte Specht is er mooi gefotografeerd, die is er een periode in 2019 veel gezien. In 2021 is er ook hier een Orpheusspotvogel waargenomen. In de winter zit er ook een Klapekster op de heide, maar dat is niet elk jaar het geval.
Impressie Maashorst Slabroekse Hei en bossen
Maashorst Wisentgebied
Oppervlakte: 90 Ha
Ligging: op de Maashorst
Toegankelijkheid: alleen met excursies onder begeleiding
Kenmerkende soorten: Grauwe Klauwier, Veldleeuwerik en natuurlijk Wisenten
Open gebied met een paar vennen dat tot 2014 begraasd werd met Hooglanders en paarden, maar sinds 2016 met Wisenten, Exmoorponies en enkele Taurossen. Het gebied is onderdeel van het grote begrazingsgebied van de Maashorst, maar toch apart omdat dit gedeelte alleen onder begeleiding toegankelijk is en alleen hier de Wisent rondloopt. Het is een heischraal gebied met arm dennenbos en enkele vennen. Voordat de Wisent hier kwamen was het ook vrij toegankelijk en was het bijvoorbeeld voor Beflijsters in de trektijd een goede plek. Nu is het veel rustiger in dit gedeelte en dat lijkt de vogelstand goed te doen. In 2017 is dit deel op broedvogels geteld en er werden 45 soorten geteld en er werden 40% meer territoria geteld dan in 2009-2010. De Grauwe Klauwier vindt hier ook voldoende rust en eten voor succesvol broeden.
Tot de echt zeldzame soorten horen de Griel in 2015, de Roodmus in 2007, de Orpheusspotvogel in 2020 en 2021, de overvliegende Bijeneters in 2012. Mede dankzij de telpost Brobbelbies-Zuid zijn er veel soorten alleen overvliegend waargenomen (de voorjaarslocatie van deze post lag binnen de grenzen van dit gebied, maar sinds de komst vna de Wisenten ligt die er net buiten).
nb. dit gebied valt grotendeels binnen het gebied Maashorst Begrazingsgebied